Zwemonderwijs

De basis van het zwemonderwijs

Badmeester Ted Verbeek

Wat is nu eigenlijk ons doel? Overleven in het water of ons verplaatsen in het water?

De meningen hierover lopen uiteen. Ik kan de vraag ook anders en breder formuleren.

Hoe moeten we leren zwemmen? Door eerst een goede zwemtechniek te ontwikkelen van waaruit het overleven vanzelf tot stand komt? Of door eerst te leren drijven en vervolgens een zwemslag toe te gaan passen om jezelf te kunnen verplaatsen?

De basis is te vinden in de wetten van Bernoulli en Archimedes 

Bernoulli bewees dat een voorwerp in bewegend water weerstand ondervindt. Archimedes dat een voorwerp in water kan drijven, zweven of zinken.

Vanuit Bernoulli beredeneert dienen we dus eerst een zwemslag aan te leren. Daarmee verplaatsen we het lichaam voorwaarts in het water. Door die voorwaartse verplaatsing ontstaat frontale weerstand waardoor het lichaam ook omhoog wordt geduwd.

Vanuit Archimedes beredeneert dienen we eerst de ademhalingstechniek aan te leren. Bij volledige inademing is het lichaam lichter dan water en blijft het drijven. Volledig uitgeademd is het lichaam zwaarder dan water en zal het zinken. Half ingeademd blijft het lichaam in water zweven.

Met of zonder drijfmiddelen?

De historische methode ging uit van Bernoulli. Met behulp van twee kurken en een plank leerde je eerst de beenslag. Zodra deze beweging er goed in zat verdween de plank en werd in buikligging de armslag eraan toegevoegd. Lastig daarbij was het juiste moment vinden om adem te halen. Dat moment ontstaat zodra de armen van gestrekt voor het hoofd schuin naar beneden en naast het lichaam worden verplaatst. Het juiste moment op uit te ademen is dan als de armen weer naar voor worden gestrekt.

Het nieuwere denken gaat uit van Archimedes. Door enige tijd de adem in te houden blijf je drijven. Je zinkt pas zodra je de longen leeg blaast. Dus start deze methode meestal vanuit de rugligging waarbij de mond continue boven water blijft. Wat wordt aangeleerd is snel uitademen en direct weer volledig inademen. Een andere methode maar iets minder toegepast is een aantal tellen met de adem ingehouden op de buik blijven drijven. Vervolgens gaan staan en een nieuwe hap lucht pakken.

De keuze is aan de zwemdocent. Voor beide zienswijzen is iets te zeggen. Er is dus geen sprake van goed of fout.

Advies Contact